Technologie overheid. Hoe kunnen overheden (rijk, provincies, gemeenten en waterschappen) omgaan met technologische vooruitgang? Inclusief de impact op de economie, werkgelegenheid, religie en geluk. Wat zijn tips, aanbevelingen en best practices om hiermee om te gaan? Wat zijn positieve en negatieve toekomstscenario’s?

Overheid technologie

In dit artikel belicht ik een aantal thema’s en aspecten van het gebruik van technologie door de overheid. Hieronder volgt alvast een samenvatting in 5 punten.

  1. De snelheid van technologische ontwikkelingen en nieuwe innovaties neemt toe. Overheden kunnen hierin niet passief blijven, waarbij ze de ontwikkelingen ten minste moeten volgen.
  2. De ontwikkelingen met de grootste impact zijn kunstmatige intelligentie en biotechnologie. De grootste uitdagingen voor de wereld zijn momenteel de nucleaire crisis en de klimaatcrisis.
  3. Technologische ontwikkelingen staan nooit op zichzelf. De impact van technologie wordt altijd bemiddeld door instituties en sociale krachten.
  4. Overheden en burgers zijn niet weerloos, maar hebben zelf ook mogelijkheden om technologie ten goede te gebruiken. Voorbeelden hiervan zijn regulering, onderwijs en internationale samenwerking.
  5. Om verstandig met de mogelijkheden van nieuwe technologieën om te gaan, moet de discussie hierover in een brede context worden gevoerd. De uitdaging blijft om hier iedereen bij te betrekken, maar de rol van (menselijke) politiek blijft.

In de rest van dit artikel komen deze punten terug, met een onderbouwing en andere inzichten.

Bij A&O Fonds Gemeenten gaf ik een lezing over een trends voor de toekomst van de overheid. Interesse in een soortgelijke lezing? Neem dan contact op!

Rol overheid

Wat is de rol van de overheid eigenlijk als het gaat om beleid? In haar Trendanalyse Biotechnologie omschrijft het COGEM (Commissie Genetische Modificatie) de rol van de overheid als het gaat om de technologische ontwikkelingen als volgt: ‘De overheid staat voor de uitdaging om de kansen die de nieuwe technologieën bieden te verzilveren en tegelijkertijd de veiligheid te waarborgen en ethische en maatschappelijke aspecten in het oog te houden.’ 

Dit is een treffende omschrijving. Maar hoe moet de overheid dit doen? Juist in een tijdperk van hevige maatschappelijke en technologische veranderingen? In dit artikel werk ik dat verder uit.

In dit deel schrijf ik over exponentiële technologie en hoe technologische vooruitgang werkt.

Exponentiële technologie

Wat is exponentiële technologie? In mijn artikelen over trendwatchers en futuristen heb ik dit verder uitgewerkt [link onderin]. Het concept ‘exponentieel’ betekent dat de ontwikkeling van de technologie zich versneld ontwikkelt. Voorbeelden zijn te vinden in de natuur en in de financiële wereld. Neem een waterlelie waarvan het oppervlakte zich elke dag verdubbelt, of samengestelde rente. Dit laatste concept van rente op rente noemde Albert Einstein zelfs ‘het achtste wereldwonder’.

Het probleem met exponentiële groei is dat ons menselijke brein het lastig kan bevatten. Zoals Yuri van Geest beschrijft met zijn co-auteurs in het boek Exponential Organizations: ‘de mens is vooral gewend om lineair te denken’ [link onderin]. De reden dat technologieën exponentieel kunnen groeien komt onder meer door de Wet van Moore (een verdubbeling van reken- en opslagcapaciteit en een halvering van de kosten per 18 maanden) en doordat technologieën elkaar kunnen versterken.

Een voorbeeld van die onderlinge versterking is dat digitalisering ervoor zorgt dat DNA-analyses steeds goedkoper worden. Hiermee komen er meer datasets beschikbaar, waarmee de analyses weer verbeterd worden. Het is een opwaartse en zichzelf versterkende spiraal.

Adaptatie technologie

Adaptatie van technologie staat voor de toepassing van wetenschappelijke doorbraken in het gewone leven. Oftewel: het gebruik in de praktijk. De snelheid van adaptatie verschilt per technologie. Zo sprak ik voor mijn podcast met Julia Cramer over quantum computing [link onderin]. Volgens haar maakt medio 2018 deze technologie net de overstap van de wetenschap naar het bedrijfsleven. Voordat consumenten quantum computing gebruiken duurt nog langer. Zij durfde er geen tijdsinschatting van te geven.

Hier had ik ook over met Maarten den Braber in een podcastinterview [link onderin]. Volgens hem wordt de snelheid van technologische ontwikkelingen vaak overschat en de impact onderschat. Dit is een vrije vertaling van het concept van futurist Roy AmaraNeem het voorbeeld van autonoom rijdende auto’s. Op het moment dat deze daadwerkelijk massaal rondrijden, dan verandert dit het straatbeeld ingrijpend. Hebben we dan nog last van files? Hebben we nog straatlantaarns en grote parkeergarages nodig?’

Over een aantal jaren bezit je geen auto, maar gebruik je die als het nodig is.

Carlo van der Weijer, TU Eindhoven

Waarschijnlijk verandert door technologie ook onze omgang met auto’s. Experts zoals Carlo van der Weijer (Technische Universiteit Eindhoven) denken bijvoorbeeld dat mobiliteit een dienst wordt. ‘Over een aantal jaren bezit je geen auto, maar gebruik je die als het nodig is. De eerste tekenen, bijvoorbeeld met het delen van een auto met Snappcar en een auto op afroep met Uber, zijn al zichtbaar.’

Technologische vooruitgang

Technologische vooruitgang is niet de enige drijfveer van grootschalige verandering in de wereld. In het boek No Ordinary Disruption schrijven Richard Dobbs, James Manyika en Jonathan Woetzel dat demografie, urbanisatie en globalisering net zo’n grote invloed hebben als technologie [link onderin].

Wat betreft demografie is de verwachting dat we als mens gemiddeld veel ouder gaan worden [link onderin]. Urbanisatie staat voor de ontwikkeling dat een steeds groter gedeelte van de mensen in of nabij een stad gaan wonen. Globalisering (ook wel mondialisering genoemd) staat voor de verdere wereldwijde economische, culturele en politieke integratie.

Deze trends hebben uiteraard ook weer invloed op elkaar. Zo zorgt (biomedische) technologie voor demografische verschuivingen, aangezien we gemiddeld langer zullen leven, en heeft internettechnologie in grote mate bijgedragen aan de globalisering.

De afbeeldingen in het artikel en bovenin zijn afkomstig van de tentoonstelling van Studio Drift in het Stedelijk Museum in Amsterdam met de titel Coded Nature [link onderin]. De Nederlandse ontwerpers Lonneke Gordijn en Ralph Nauta bewegen zich met hun kunst tussen disciplines als tech art, performance en biodesign. Ik vond het mooi passen bij dit artikel.

Naast technologie als motor van verandering, moeten we wellicht de wereld anders organiseren.

Crises

Er gaan steeds meer geluiden op dat het huidige economische model en denkbeelden niet meer passen bij de nieuwe realiteit. Volgens Martijn Aslander en Erwin Witteveen in hun boek Nooit Af zijn de huidige crises (financieel, schulden, valuta, huizen, milieu, energie en arbeidsmarkt) allemaal organisatorisch van aard [link onderin].

Bezit, eigendom, wetgeving; ze hebben allemaal het concept schaarste als startpuntMartijn Aslander en Erwin Witteveen

Zij schrijven: ‘De manier van organiseren is grotendeels nog afgestemd op de omstandigheden uit de vorige eeuw, gebaseerd op spelregels die niet meer werken, doordat de technologie en de samenleving niet hebben stilgestaan.’ Het belangrijkste principe binnen die zogenaamde oude spelregels is schaarste. ‘Bezit, eigendom, wetgeving; ze hebben allemaal het concept schaarste als startpunt.’

Overvloed

Technologie zorgt in steeds meer domeinen voor het tegenovergestelde van schaarste, namelijk overvloed. Dit zijn een paar voorbeelden:

  • Wikipedia in plaats van een reeks encyclopedieën van Winkler Prins;
  • E-mail in plaats van brieven;
  • YouTube in plaats van een televisieabonnement;
  • WhatsApp in plaats van sms’en;
  • Skypen in plaats van bellen.

Volgens veel technologiedenkers – zoals Peter Diamandis in zijn boek Abundance – zal deze trend zich op veel meer domeinen voltrekken, zoals energie, mobiliteit en voedsel. Neem voedsel: doordat energie nagenoeg gratis wordt, kunnen we straks zout water omzetten in zoet water en daarmee woestijnen irrigeren om meer gewassen te kweken.

Maar zoals je in de volgende alinea zult lezen, is niet iedereen overtuigd van dit principe van overvloed.

Technologie geloof

Het geloof in het oplossend vermogen van technologie zorgt voor verhitte debatten. Mensen zoals Aslander, Witteveen en Diamandis worden soms ook weleens smalend ’technologie-utopisten’ genoemd. Zelf krijg ik dit verwijt ook wel eens. Een andere term hiervoor is de ’technological fix’: dat wil zeggen dat voor het oplossen van een probleem eerst aan technologie wordt gedacht. Een andere groep zijn de technologie-pessimisten. Zij leggen sterk de nadruk op sociaal-economische aspecten, attitudes of waarden bij oplossingen van problemen.

De technologie-pessimisten staan dichtbij een groep die Majid Tehranian de technologie-structuralisten noemt. Tehranian: ‘Technologie wordt altijd ontwikkeld vanuit een institutionele behoefte en de impact wordt altijd bemiddeld door institutionele arrangementen en sociale krachten, waar ze onderdeel van zijn’.

De impact wordt altijd bemiddeld door institutionele arrangementen en sociale krachtenMajid Tehranian

Een andere groep die Tehranian onderscheidt zijn de technologie-neutralen. Zij gaan er veelal van uit dat technologie een neutrale invloed heeft op de wereld: het heeft voordelen én nadelen. Deze groep lijkt daarmee op technologie-utopisten, waarbij de utopisten ervan uitgaan dat de voordelen opwegen tegen de nadelen.

Innovatie romantiek

Een bekende technologie-pessimist en technologie-structuralist is Evgeny Mozorov. In zijn boek neemt hij stelling tegen ‘innovation talk’. Dat betekent  dat innovatie in zichzelf altijd goed is, ongeacht de maatschappelijke gevolgen. Hij waarschuwt hiertegen. ‘Technologie is niet de vijand. Het romantische idee dat het alles kan oplossen wel.’

Technologie is niet de vijand. Het romantische idee dat het alles kan oplossen welEvgeny Mozorov

Het grappige is dat innovatie niet altijd een goede naam heeft gehad, zoals het concept tegenwoordig wel heeft. De Canadees Benoit Godin heeft onderzoek gedaan naar het gebruik van het woord innovatie. Vroeger was een innovator een ketter, een revolutionair en een valsspeler.

Rond 1960 werd het door Westerse regeringen gebruikt om hun moderniseringsagenda te ondersteunen en begon het woord ‘innovatie’ synoniem te staan aan positieve termen zoals vernieuwing, originaliteit en bruikbaarheid.

Passief blijven

De kern van het betoog van Evgeny Mozorov is dat technologie ons niet overkomt. Het wordt gedreven door ideeën van mensen, bedrijven en overheden en gevoed door belangen en belangengroepen. Zijn oproep is daarom om technologie per geval en in de context te bekijken, in plaats van passief achterover te blijven zitten.

Daar ben ik het mee eens. Maar wie moet dat dan doen? Zijn dat burgers, bedrijven of de overheid? Later in dit artikel ga ik in op deze vraag, maar eerst schrijf ik over de gevolgen van technologie op andere domeinen zoals de economie, werkgelegenheid en religie.

Studio Drift: Tree of Ténére

Welke gevolgen heeft vooruitgang op de economie en werkgelegenheid?

Economie

Hoe ziet de economie van de toekomst eruit? Er gaan steeds meer geluiden op dat het huidige economische model en denkbeelden niet meer passen bij de nieuwe realiteit. Volgens Martijn Aslander en Erwin Witteveen kan groei onmogelijk oneindig zijn. Zij wijzen hierbij op de natuur en de geschiedenis met voorbeelden zoals het Romeinse Rijk en de Sovjet-Unie.

In haar invloedrijke boek Donuteconomie haalt Kate Raworth dit ook aan als één van haar concepten voor deze nieuwe kijk op economie. Zij stelt dat wij als burgers, politici en economen agnostisch moeten worden als het gaat om economisch groei. Het is niet dat ze pleit tegen economische groei, maar dat de belangen van ons als mens én de belangen van de planeet voorop moeten komen te staan.

Een ander punt dat ze maakt is dat we niet meer exclusief kunnen rekenen op de vrije markt economie in combinatie met technologie, om de problemen van onze tijd op te lossen. Volgens haar zijn we hier te ver in doorgeschoten. Zij stelt dat het belangrijk voor spelers zoals de staat, de gemeenschap (verenigd in allerlei vormen, de Engelste term hiervoor is ‘commons’) en het huishouden om een belangrijkere rol in te nemen.

Technologie kan helpen om deze ommezwaai te bewerkstelligen, maar het is vooral een sociale, culturele en institutionele verandering.

Onvoorziene effecten

Technologie kan een oplossing zijn voor problemen zoals de klimaatcrisis, maar juist ook een onderdeel van het probleem. Een voorbeeld waar iedereen zich mee kan identificeren is de autoindustrie. Auto’s brachten onze wereld veel voorspoed, zoals het feit dat we verder kunnen reizen en vrachtwagens die goederen vervoeren.

Aan de andere kant levert het ook een belangrijke nadelige bijdrage aan het klimaat; het zorgt voor een aantasting van steden en natuur vanwege de aanleg van wegen en het heeft impact op onze gezondheid, omdat we minder bewegen en het inademen van fijnstof. Dezelfde redenering geldt voor vliegtuigen en het internet (dat laatste brengt zowel Wikipedia alsook de macht van grote technologiebedrijven en het zogenaamde ‘dark web’).

Externaliteiten

Economen noemen effecten die niet zijn meegenomen in een prijs van een product of dienst ‘externaliteiten’. Positieve externaliteiten hebben een goede invloed op andere domeinen, terwijl negatieve externaliteiten een slechte invloed hebben op andere domeinen.

In het geval van negatieve externaliteiten betekent het ook vaak dat de fabrikant of consument niet de prijs betaalt voor deze effecten, maar dat het meetal de belastingbetaler is. Raworth betoogt in haar boek dat we deze effecten in kaart moeten brengen en belasten. De CO2-emissiehandel is hier, ondanks de gebreken die het heeft, een goed voorbeeld van [link onderin].

Circulaire economie

Met alleen (economische) beleidsmaatregelen redden we het niet. Het vraagt van bedrijven om hun rol heel anders in te vullen. De meest optimale vorm is om uit te gaan van een regeneratief systeem. Dit is nog een stap verder dan als bedrijf klimaatneutraal te zijn, zoals de NS [link onderin]. Als je klimaatneutraal bent, dan lever je een even grote bijdrage aan de planeet als dat je deze schade berokkent.

Een regeneratief systeem of ontwerp voegt meer waarde toe aan de wereld dan zij onttrekt. Sommige bedrijven geven hierin al het goede voorbeeld. Zo verzamelt Caterpillar componenten uit haar producten en maakt ze weer beschikbaar voor gebruik. Ze claimen dat hiermee hun brutowinst op deze productielijnen met 50% is gestegen, terwijl het verbruik van water en energie met 50% werd teruggebracht [link onderin].

Toch gaat dit volgens Raworth nog niet ver genoeg. Zij schrijft dat ‘regeneratief industrieel design alleen volledig kan worden gerealiseerd als het gebaseerd is op een regeneratief economisch design’. Dit vraagt onder meer nieuwe rekenkundige eenheden die het regeneratieve succes kunnen bijhouden en een nieuwe balans in de rollen van de markt, de staat en de gemeenschap.

Werkgelegenheid

Wat voor invloed heeft (technologische) vooruitgang op werkgelegenheid? Zijn banen nog wel relevant, doordat kunstmatige intelligentie allerlei type beroepen overbodig heeft gemaakt? Neem autonoom rijdende vrachtwagens. Daarmee wordt een grote groep vrachtwagen- en buschauffeurs werkloos. Zijn we als samenleving bereid en in staat om deze mannen en vrouwen om te scholen? Willen ze dat zelf überhaupt ook? In een tijdperk waarin machines en computers steeds meer taken van mensen overnemen, is er wellicht niet genoeg werk voor iedereen. 

Om die reden zijn er landen (zoals Zwitserland en Finland) en groepen die experimenteren met het basisinkomen. In Nederland is Rutger Bregman hier een fervent pleitbezorger van. Het concept beschreef hij in een boek en hij vertelt hier tegenwoordig over op diverse podia [link onderin].

Zo sprak ik hem na de Singularity University the Netherlands Summit in 2017. Volgens hem is het probleem met het basisinkomen dat veel mensen denken dat de zogenaamde ander er misbruik van zal maken en dat ze het zelf goed zouden kunnen gebruiken. Volgens Bregman is het basisinkomen één van de weinige alternatieven, inclusief alle nadelen en kanttekeningen die het met zich mee brengt. De grootste kanttekening is de al eerder benoemde betekenisgeving en zingeving. Hoe moet je als overheid beleid maken voor een grote groep mensen die zich wellicht nutteloos voelen?

Mobiliteit

Hoe reizen we in de toekomst? Ik was als expert te gast bij een bijeenkomst over de toekomst van mobiliteit van de gemeente Eindhoven. Naar aanleiding van die avond maakte ik deze video over mijn inzichten en ideeën. Van de hyperloop en zeppelin tot de 15 minuten stad en hoe je jongeren bij deze vragen kan betrekken.

Mijn video over de toekomst van mobiliteit.

Hoe kan de overheid en politiek goede wetgeving voor de toekomst opstellen? Wat voor gevolgen heeft (technologische) vooruitgang op criminaliteit en wetshandhaving? 

Criminaliteit & terreur

Eind 2018 gaf ik een lezing bij het Innovatie Event van Reclassering Nederland alsook bij het Dawes Centre for Future Studies van de University College London, Engeland [de presentaties staan onderin]. Wat is de invloed van technologische innovatie op criminaliteit, terrorisme en instellingen die dit proberen te voorkomen of op te lossen?

Criminelen en terroristen zijn niet immuun voor nieuwe technologie. Sterker nog: zodra zij er voordelen in zien, zijn ze één van de eersten om het te gebruiken. Dit argument wordt overigens meestal de andere kant op gemaakt: zo is veelgehoorde kritiek op cryptovaluta zoals Bitcoin en Ethereum dat het zogenaamd ‘alleen door criminelen en terroristen wordt gebruikt’. Kortom, technologie is niet immuun voor duistere toepassingen zoals terrorisme of criminaliteit.

Aan de andere kant kunnen organisaties zoals de politie of de reclassering juist zelf ook nieuwe technologie toepassen. Voorbeelden hiervan zijn virtual reality (voor trainingen van medewerkers of het begeleiden van cliënten), big data (om recidive te voorspellen) en biotechnologie (zoals DNA-spray als methode van forensische preventie).

Biotechnologie criminaliteit

Het meest interessante domein is naar mijn mening dat van biotechnologie. Dat was ook de primaire focus van mijn lezing bij het Dawes Centre for Future Studies. Vergeleken met computertechnologie bevindt biotechnologie begin 2019 zich op hetzelfde niveau als computers in 1981. Tegenwoordig hebben we naast internet ook allerlei vormen van cybercriminaliteit.

Gaan we vergelijkbare vormen van criminaliteit krijgen met behulp van biologie? Denk aan biologische SPAM, biologische DOS aanvallen (Denial of Service) en identiteitsfraude met DNA? In mijn lezing ging ik verder in op de vraag hoe dit eruit zou kunnen zien, wat (technologische) uitdagingen zijn en hoe instellingen zoals de politie, het Openbaar Ministerie en de reclassering zich hierop kunnen voorbereiden.

Robots als burgers

Een paar uitgangspunten in de wet- en regelgeving van de toekomst zouden de volgende kunnen zijn:

  • het blijft mogelijk om jezelf te ontkoppelen van technologie en zo anoniem te zijn;
  • in sommige situaties blijven we de menselijke traagheid prefereren boven de efficiency van automatisering;
  • als patiënt moet je, zeker in zwaardere en complexere gevallen, de mogelijkheid houden om met een menselijke arts te spreken;
  • mensen zijn fundamenteel anders zijn dan machines.

Als de juridische grenzen tussen mens en machine al diffuus worden, samen met de technische grenzen, wat blijft er dan van de mens over? In mijn visie staat technologie ten dienste van de mens. We smelten niet samen om vervolgens de controle te verliezen.

Op een iets hoger abstractieniveau: hoe kun je kijken naar de balans tussen het beleid van de overheid met betrekking tot technologische vooruitgang?

Ruimte laten

Een mooie tegendraadse visie komt van Martijn Aslander en Erwin Witteveen. Zij stellen dat goede systemen ventielen, nooduitgangen, parallelle systemen en bufferzones nodig hebben. ‘Door alles dicht te regelen loop je het risico dat de schokken in het hoofdsysteem niet soepel opgevangen kunnen worden’. Zij pleiten ervoor om ruimte te laten en meer dingen over te laten aan het gewone verstand.

De maatschappij is in staat om zichzelf te corrigerenAndrew Keene

Kan het zijn dat we de wet- en regelgeving na verloop van tijd gaan aanpassen? In een artikel in De Groene Amsterdammer over zelfregulering in Silicon Valley komt auteur en ondernemer Andrew Keene aan het woord. [link onderin].

Andrew Keen: ‘De geschiedenis herhaalt zich. De Industriële Revolutie veranderde de wereld radicaal en bracht behalve welvaart ook aanzienlijke schade. De maatschappij is in staat om zichzelf te corrigeren. Ik zeg niet dat het makkelijk is, maar we kunnen dit, dat hebben we al bewezen. Ja, ook Amerikanen. Je kunt er altijd op vertrouwen dat ze het goede doen, nadat ze al het andere hebben geprobeerd. Mijn hoop is dat ze leren van Europa en uiteindelijk met een betere wet komen.’

Op de conference Brave New World in Leiden in het najaar van 2018 heb ik Andrew Keen hierover geïnterviewd:

Interview met Andrew Keen

Afvalligheid

Een interessante blik op de verhouding tussen beleid, wetgeving en vernieuwing komt van Bruce Schneier. Hij looft afvalligheid als een ‘motor voor innovatie, een immunologische uitdaging om monocultuur tegen te gaan, een basis voor diversiteit en een katalysator voor sociale verandering’. Veel mensen die we nu als held beschouwen en die veel voor de wereld hebben betekend, werden namelijk in het tijdperk waarin ze leefden als revolutionair, tegendraads of afvallig gezien. Denk aan Rosa Parks die weigerde haar plek in de bus af te staan, wat leidde tot protesten tegen rassensegregatie in de Verenigde Staten.

Als de overheid ervoor kiest om een technologisch geavanceerde omgeving te maken waarin het bijna onmogelijk is om de regels te overtreden, leidt dat volgens deze theorie juist niet tot een gewenste of morele samenleving. Afvalligheid leidt namelijk tot vernieuwing en beperkt stagnatie.

Balans

Wat is nu een mogelijke oplossing voor de manier waarop de overheid, politiek en wetgeving omgaan met exponentiële technologieën? In zijn boek stelt futurist Gerd Leonhard een balans voor [link onderin]. Te veel voorzichtigheid zorgt voor angst en heeft wellicht als gevolg dat technologie ongereguleerd in de onderwereld gebruikt gaat worden. Een historisch voorbeeld hierbij is de drooglegging in de Verenigde Staten aan het begin van de 20ste eeuw. Dit leidde tot een enorme toename van criminaliteit en geweld, omdat mensen toch alcohol wilden drinken.

Aan de andere kant is het teveel loslaten van wet- en regelgeving of regulering ook niet de slimste methode. We weten immers niet wat de gevolgen zijn van technologie. Na de invoering van de auto vielen er elk jaar meer doden en gewonden door auto-ongelukken. Na verloop van tijd ging de overheid autogordels verplicht stellen, gevolgd door de komst van airbags en het bouwen van rotondes en andere maatregelen. Overigens speelde het boek Unsafe at Any Speed van Ralph Naber hier een belangrijke rol in, waarin hij autofabrikanten en overheden bekritiseerde voor hun (tot dan toe) passieve houding.

Als gevolg daarvan nam het aantal auto-ongelukken weer af. Hetzelfde zal in mijn overtuiging echter niet gelden voor de exponentiële technologieën waar we nu mee te maken hebben. Daarvoor is de impact voor als het mis gaat gewoonweg te groot, zoals bij genetische modificatie of andere biotechnologie. Daarom is een actieve houding gewenst.

Studio Drift: Meadow

Wat is beleid dat bijdraagt aan welbevinden, geluk en betekenisgeving voor haar inwoners?

Geluk

Een manier om na te denken over het maken van beleid is om het menselijke geluk in een land te maximaliseren. Het streven naar menselijk welbevinden en geluk is overigens iets anders dan hedonisme. Wat is welbevinden dan wel? Harari schrijft in zijn boek Homo Deus dat geld en gezondheid maar een beperkt verschil maken [link onderin].

Dus als we met nieuwe technologie veel rijker kunnen worden en langer gaan leven, dan maakt dat voor ons geluksgevoel niet heel veel uit. De belangrijkste indicatoren zijn familie en relaties, naast de verwachtingen die je van het leven hebt. Als je perceptie de verwachting overtreft, dan ben je gelukkig.

Zelf moest ik hierbij ook denken aan het boek Brave New World, waarin door genetische modificatie, conditionering en synthetische drugs iedereen in een constante staat van geluk moet komen. Dit is tevens een wereld zonder wetenschap, religie, kunst, literatuur, muziek, maar ook zonder oorlog, terreur en ziektes. Is een wereld van kunstmatig geluk een wereld waarin je zou willen leven?

Ik niet in ieder geval, het lijkt me onmenselijk.

Betekenisgeving

Hoe zit het betekenisgeving in een wereld waarin misschien een groot deel van de banen zijn overgenomen door robots? Is het mogelijk om onze betekenisgeving op andere vlakken te behalen? Wellicht wel in een virtual reality wereld zoals in de film Ready Player One [link onderin].

In zijn boek schrijft Gerd Leonhard dan ook dat geluk niet in machines kan worden geprogrammeerd, geautomatiseerd, gekopieerd, gecodificeerd of verkocht. Het zit in onszelf of het ontstaat tussen mensen. Technologie kan ons hiermee helpen, maar is geen doel op zich.

Hetzelfde kun je zeggen voor authenticiteit. Filosoof Bernard Williams betoogd dat authenticiteit alleen zin heeft als je het beschouwt tegen sociale normen en grenzen. Een wereld waarin alles makkelijk gaat en grenzeloos is, gaat daarom voorbij aan ons gevoel van authenticiteit.

Menselijk contact

In het verleden is vaker gedacht dat technologie ons kan helpen om te zorgen dat mensen beter met elkaar kunnen communiceren en elkaar beter gaan begrijpen. Dit bleek tot dusverre niet helemaal uit te komen. Daarom is het nuttig om ook naar de verwachtingen uit het verleden over de toekomst te kijken:

  • In 1852 voorspelde Michael Angelo Garvey dat dankzij het wegennet de verschillen tussen landen zouden verdwijnen en iedereen spoedig één taal zou spreken;
  • In 1889 voorspelde Lord Salisbury dat de telegraaf zou zorgen dat oorlogen niet meer zouden voorkomen omdat we elkaar altijd zouden begrijpen;
  • In 1913 dacht het tijdschrift Scientific American dat de radio ervoor zou zorgen dat de gedachten, idealen en doelen van de mensheid zouden samensmelten;
  • In 1915 deelde Jack London zijn visie dat video mensen overal ter wereld zou samen brengen.

Hetzelfde beeld was er van het internet. In zekere zin is het wel gelukt, maar recente voorbeelden als nepnieuws en nieuwsalgoritmes zorgen ook weer voor grote verschillen tussen mensen. Aan de andere kant is dit een tendens die in het verleden van allerlei andere type media werd gezegd, zoals boeken, kranten, magazines, televisie en walkmans. XKCD maakte hier een mooie strip over:

Isolation door XKCD [link onderin]

Op welke wijze beïnvloedt (technologische) vooruitgang de overheid zelf?

Overheid zelf

Volgens sommigen mensen, vaak met een libertarische achtergrond zoals de Amerikaanse ondernemer Peter Thiel, zorgt technologie zoals internet ervoor dat we helemaal geen overheid en politiek meer nodig hebben. Sterker nog, in een essay in 2009 schreef hij: ‘Ik geloof niet langer dat vrijheid en democratie verenigbaar zijn.’ Om die reden is hij één van de grote investeerders in Seasted Foundation [link onderin]. Deze stichting wil drijvende steden maken die gebaseerd zijn op het libertarische gedachtegoed.

Ik geloof niet langer dat vrijheid en democratie verenigbaar zijnPeter Thiel

In zijn boek onderscheidt Evgeny Mozorov twee type mensen. Techno-escapisten denken dat technologie uiteindelijk de politiek overbodig maakt. Techno-rationalisten verwachten dat we beleidsvorming minder politiek en meer rationeel kunnen maken door de inzet van technologie. Zelf behoor ik tot de tweede groep. Zoals je straks zult lezen geloof ik niet dat politiek overbodig wordt, het wordt juist belangrijker.

Gebruik technologie overheid

Op welke wijze zou de overheid dan technologische innovatie kunnen gebruiken? Ik denk zeker dat de overheid meer gebruik kan maken van ontwikkelingen zoals big data en kunstmatige intelligentie. In de lezingen en workshops die ik geef rondom dit thema en bijvoorbeeld de smart city, zoals voor de gemeente Roermond en Woonstad Rotterdam, ging ik hier verder op in.

Vragen over het toepassen van technologie, ethische dilemma’s en toegang voor bevolkingsgroepen blijven wat mij betreft een menselijke afweging. Welke vorm het beste past bij die menselijke afwegingen is weer een politieke vraag: laten we dit soort keuzes bij bedrijven (het model in de Verenigde Staten), bij politici, bij inwoners, bij een overleg tussen belangengroeperingen (het Nederlandse model) of bij een select groepje machthebbers (zoals de Communistische Partij in China)?

Studio Drift: Flyflight (foto van Stedelijk Museum)

Kan het helpen om na te denken over welke principes we als mensheid belangrijk vinden? Hier haal ik de ideeën van Max Tegmark, Gerd Leonhard en Yuval Noah Harari aan.

Universele principes (Tegmark)

In het nadenken over de toekomst van de wereld en de rol van technologie daarin, is het goed om terug te gaan naar universele principes. In zijn boek Life 3.0 onderscheidt Max Tegmark vier universele principes [link onderin]:

  • Utilitarisme: positieve bewuste ervaringen moeten worden gemaximaliseerd en leed moet worden geminimaliseerd;
  • Diversiteit: een heterogene verzameling positieve ervaringen is beter dan vele herhalingen van een en dezelfde ervaring, zelfs als daarvan is vastgesteld dat het de positiefste ervaring is die mogelijk is;
  • Autonomie: bewuste entiteiten/samenlevingen horen de vrijheid te hebben om hun eigen doelstellingen na te streven, tenzij dit strijdig is met een hoger principe;
  • Consolidering: compatibiliteit met scenario’s die de mensen (van) nu als gunstig zouden beschouwen en incompatibiliteit met scenario’s die alle mensen (van) nu in wezen afschuwelijk vinden.

Het kan helpen om met deze principes naar technologische ontwikkelingen te kijken. Tegmark schreef dit vooral in het licht van de ontwikkeling van een superintelligentie, waarbij hij ook voorbeelden geeft waarom het moeilijk is om deze superintelligentie doelstellingen mee te geven. Toch neemt dat volgens hem de verantwoordelijkheid niet weg om, nu machines slim genoeg beginnen te worden, enige informatie te hebben over wat ze zelf doen en ze te leren waar grenzen liggen.

Praktische wijsheid (Leonhard)

In zijn boek beschrijft Gerd Leonhard twee principes. Deze gaan over hoe we als maatschappij kunnen omgaan met technologieën die een enorme impact op ons leven gaan hebben.

  1. Ontwerpprincipe
  2. Praktische wijsheid

#1 Technologie zou in principe altijd ontworpen moeten worden om het menselijk geluk en welbevinden te vergroten. Het streven moet niet per se groei of winst zijn, want dit verandert ons volgens Leonhard ‘binnen de kortste keren in machines’.

#2 Technologieën met mogelijke fatale gevolgen moeten worden begeleid door mensen die hebben bewezen over praktische wijsheid te beschikken. Het zou een fout zijn om dit in de handen te leggen van bedrijven, bureaucraten, militairen of durfkapitalisten.

Ik vind dat er met deze principes weinig mis is, maar ook dat ik zijn eerste principe een beetje vaag vind. Hoe definieer je het menselijk geluk en welbevinden? Wie bepaalt dat? Soms zal het geluk van de ene persoon toenemen door het gebruik van een technologie die het welbevinden van een ander negatief beïnvloedt.

Neem een extreem voorbeeld als een hersenimplantaat om je intelligentie te vergroten. Heeft iedereen de vrije keuze om dit te nemen? Of besluit je dat voor je kinderen? Ben ik gelukkiger met meer intelligentie? Er zijn genoeg getroebleerde geniale mensen voor wie dat niet geldt. Hoe maak je dan een afweging? 

Internationale samenwerking (Harari)

Naast de universele principes van Tegmark en de ideeën van Gerd Leonhard, mist er nog een belangrijk aspect. Dit werd me duidelijk na het luisteren van de podcast van Sam Harris met Yuval Noah Harari [link onderin]. Volgens Harari kampen we momenteel met drie grote crises:

  1. Nucleaire crisis
  2. Klimaatcrisis
  3. Technologische vooruitgang

De crux in deze crises is dat de oplossingen alleen mondiaal gedragen kunnen worden. Natiestaten moeten elkaar vertrouwen dat de ander geen nucleaire wapens ontwikkelt en inzet (#1). Ten tweede houdt het klimaat zich niet aan landsgrenzen. Het nemen van maatregelen om de opwarming van de aarde tegen te gaan vereist een mondiale samenwerking, waarbij landen elkaar moeten vertrouwen dat iedereen een steentje bijdraagt (#2).

Dit element van internationale samenwerking gaat ook op voor de versnellende technologische vooruitgang (#3). Stel je voor dat de Verenigde Staten besluit om de ontwikkeling van genetische modificatie met wet- en regelgeving aan banden te leggen, dan lopen ze hierbij het risico dat ze worden voorbijgestreefd door een land als China, dat hier vrijer in opereert. Dat is nu zelfs al het geval, gezien de eerste Chinese baby die genetisch gemodificeerd is met behulp van de CRISPR/Cas9-techniek.

Mijn handvatten

Met het schrijven van dit deel van het artikel kwam ik tot een realisatie: toch grappig dat ik het stuk eindig met dingen die eigenlijk niet zoveel met technologie te maken hebben.

Begrijp me goed, ik ben bedachtzaam optimistisch over technologische vooruitgang. Maar steeds vaker denk ik aan wat er achter technologie en technologiebedrijven ligt, in de geest van Mozorov (’technologie moet je per geval in de context bekijken’) en Tehranian (‘de impact van technologie wordt altijd bemiddeld door instituties en sociale krachten’).

Ik probeer me te realiseren wat dit betekent. De principes zoals Tegmark, Leonhard en Harari hebben gesteld kunnen daarbij helpen, maar we kunnen als samenleving niet op de pauzeknop drukken om hier rustig over na te denken. Zeker met recente uitwassen zoals het dataschandaal van Facebook en het gebruik van surveillancetechnieken rond het sociaal kredietsysteem in China, is het duidelijk waar technologie om gaat [link onderin]; net als bij bijna alles in het leven, gaat het om geld en macht.

Aan de andere kant hebben we als samenleving en als gebruikers zelf ook de mogelijkheden om technologie ten goede te gebruiken. Dit kan geleidelijk gaan, zoals de positie van vrouwen in de maatschappij (hoewel we er nog niet volledig zijn) of een stuk sneller zoals bij de ‘High School Movement’ in de Verenigde Staten van 1910 tot 1940. Dat was een burgerinitiatief dat zorgde voor een enorme toename van het aantal Amerikanen dat hoger onderwijs kon volgen [link onderin]. Dit zorgde vervolgens weer voor een enorme economische groei doordat de bevolking beter toegerust was om te profiteren van de Industrialisatie.

Gaat ons dat nu ook lukken?

Studio Drift: Concrete Storm

Wat is mijn (voorlopige) conclusie?

Conclusie

Technologische vooruitgang kun je niet stoppen. Het is de kunst voor een overheid of publieke instelling om hier zo goed mogelijk mee om te gaan. Daarom moet de overheid sowieso de ontwikkelingen volgen, waarbij de crux is om vooral te letten op de toepassing van een bepaalde technologie en de combinatie van technologieën. Neem Uber, zij combineren een aantal technologieën (zoals GPS en kunstmatige intelligentie) en maken een toepassing die overheden vooraf niet hadden kunnen bedenken, laat staan proactief konden reageren op de gevolgen.

Daarin kan de overheid streven naar transparantie en haar inwoners daarmee vervolgens inlichten. Twee voorbeelden zijn hetzelfde: Uber en Facebook. Als Uber haar algoritmes deelt met overheden en wetenschappers, is daarmee inzichtelijker hoe het systeem tot bepaalde keuzes komt. Overheden kunnen dat weer gebruiken voor de inrichting van het wegennet of het openbaar vervoer netwerk. Als Facebook naast haar huidige variant een betaalde variant aanbiedt waarbij de gebruiker zijn of haar data niet deelt, is dat in ieder geval duidelijk. Of je betaalt voor je social media, of je weet dat je met je persoonlijke gegevens betaalt.

Terug naar ‘het oude’ gaan we niet meer, dat is wel duidelijk. Het is vooral belangrijk dat we op een nuttige en positieve manier gebruik kunnen maken van technologie in verhouding tot de mens.

Studio Drift: Fragile Future (foto van Stedelijk Museum)

Meer lezen

Dit zijn andere relevante artikelen op mijn site:

Hier kun je mijn podcast interviews luisteren. Je kan je ook abonneren op mijn podcast via iOS of Spotify. Deze relevante afleveringen kun je opzoeken in je favoriete app:

  • Aflevering 67 is met Maxim Februari over o.a. de nadelen van technologie gebruik door de overheid.
  • Aflevering 40 is met Julia Cramer over quantum computing.
  • Aflevering 39 is met Wouter van Noort over o.a. kunstmatige intelligentie.
  • Aflevering 28 is met Yuri van Geest over exponentiële technologie.

Zelf word ik af en toe ook geïnterviewd over dit onderwerp. Zo was ik in de media bij onder andere:

  • Essay voor Publiek Denken
  • Artikel: Big data bij de overheid: het einde van de beleidsambtenaar?

Deze boeken heb ik gebruikt:

  • Boek To save everything, click here
  • Boek Technology vs. humanity
  • Boek Sapiens
  • Boek Gratis geld voor iedereen
  • Boek Life 3.0
  • Boek Nooit Af
  • Boek Brave New World
  • Boek Abundance
  • Boek Exponential Organizations
  • Boek No Ordinary Disruption

Om alle verschillende concepten en ideeën met elkaar in verband te brengen, heb ik een mindmap gemaakt. Linkjes naar de afzonderlijke artikelen staan onderin. Deze mindmap werk ik regelmatig bij.

Mindmap met een samenvatting van welke concepten ik belangrijk vind en hoe ze met elkaar samenhangen.

Dit zijn externe links die ik heb gebruikt:

Hoe kijk jij naar technologische vooruitgang in relatie tot de overheid? Laat een reactie achter!

PS. Wil jij mij inhuren als futurist voor een lezingwebinar of workshop? Neem dan direct contact met me op en doe een aanvraag!

Over de auteur

Futurist, toekomst-onderzoeker en topspreker Peter Joosten MSc. geeft lezingen, webinars en workshops over de impact van technologie op de mens en maatschappij. Naast spreker is hij ook auteur van de boeken Biohacking en Supermens, podcastmaker en gastdocent bij de TU Eindhoven.

Meer weten over Peters werk?

Wil je meer weten over Peters lezingen, zijn tarieven, expertise en hoe een aanvraag in zijn werk gaat? In deze sprekerskit vind je alle informatie die je nodig hebt. Klik op de button hieronder en download de PDF direct.

Mis geen updates

Schrijf je in voor Toekomstbeelden en ontvang iedere maand mijn nieuwsbrief om beter voorbereid te zijn op de toekomst!

Wat opdrachtgevers zeggen over Peter

Peter heeft een superleuke lezing verzorgd voor onze directie bij het Ministerie van IenW.

Ik was onder de indruk van zijn grondige voorbereiding, waardoor zijn verhaal perfect aansloot bij het niveau van de groep.

Grietje Wittekamp, Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat

We hebben Peter leren kennen als een enthousiaste, inspirerende en bevlogen spreker.

Met name zijn professionaliteit en kennis, duidelijke wijze van communiceren, snelle schakelen en creativiteit vielen daarin op.

Henrieke de Jager, NZa

Interesse?

In mijn lezingen, workshops en webinars geef ik een overzicht van de meest relevante (technologische) ontwikkelingen, de kansen die ze opleveren en de risico’s die ze met zich mee brengen.

Mijn insteek is praktisch, met talrijke concrete voorbeelden, humor en veel interactie met de deelnemers.

Interesse?

In mijn lezingen, workshops en webinars geef ik een overzicht van de meest relevante (technologische) ontwikkelingen, de kansen die ze opleveren en de risico’s die ze met zich mee brengen.

Mijn insteek is praktisch, met talrijke concrete voorbeelden, humor en veel interactie met de deelnemers.

Reacties

  1. Loes Reusen 15 maart 2022 at 12:34 - Reply

    Beste Peter Joosten,

    Mijn naam is Loes Reusen en ik studeer aan de Universiteit van Utrecht. Momenteel volg ik een cursus waarbij ik met vier medestudenten een innovatieproject uitvoer in opdracht van het ministerie van Defensie. Hierbij onderzoeken we huidige en toekomstige toepassingen van bionische implantaten (met betrekking tot human enhancement) om vervolgens een advies uit te brengen aan Defensie over waarop zij zich moeten voorbereiden. Voor ons onderzoek zouden we graag wat vragen willen stellen aan experts op het gebied van bionische implantaten om onze data te verrijken. Daarom hebben wij een aantal vragen voor u opgesteld.

    – “Welke reguleringen bestaan er ten opzichte van bionische implantaten?”
    – “Hoe ziet de huidige bionische implantaten markt eruit?”
    – “Hoe verwacht u dat deze markt de komende jaren gaat veranderen?”
    – “Op welke manieren is er maatschappelijke weerstand tegen bionische implantaten?”
    – ‘‘Hoe denkt u dat de inertheid van een organisatie van invloed is op de implementatie van bionische implantaten?’’

    We kijken uit naar een reactie.
    Alle hulp is voor ons al mooi meegenomen. Met een antwoord op een of enkele vragen zou u al heel erg helpen.

    Met vriendelijke groet,

    Loes Reusen

    • Peter Joosten MSc 17 maart 2022 at 15:02 - Reply

      Hi Loes,

      Leuke vragen! Zie hieronder mijn antwoorden:

      – Welke reguleringen bestaan er ten opzichte van bionische implantaten?
      De bionische implantaten moeten nu voldoen aan medische wet- en regelgeving. In de Grondwet staat het recht op lichamelijke integriteit. Dit betekent dat je niet zonder toestemming of goede reden aan iemands lichaam mag komen. Volgens mij bestaat er verder geen specifieke wetgeving voor bionische implantaten. Mochten jullie iets tegenkomen, dan hoor ik het graag!

      – Hoe ziet de huidige bionische implantaten markt eruit?
      Vooral nog van medische aard, zoals een kunststof heup, pacemaker of Deep Brain Stimulation. Er zijn bedrijven die zich richten op implantaten voor consumenten. Bijvoorbeeld chips zoals Dangerous Things of Walletmor. Misschien interessant voor jullie: CyborgNest (UK) richtte zich eerst op implantaten, maar ontwikkelen nu een wearable.

      – Hoe verwacht u dat deze markt de komende jaren gaat veranderen?
      Nu betreft het nog vooral medische implantaten. Dit onderzoek van Kaspersky uit 2020 biedt wat meer achtergrond over hoe consumenten tegenover implantaten voor consumenten staan.

      – Op welke manieren is er maatschappelijke weerstand tegen bionische implantaten?
      Dat is afhankelijk van het implantaat en een aantal andere factoren. Het Rathenau Instituut heeft hier in 2012 onderzoek naar gedaan. Deze criteria zijn van invloed op de maatschappelijke acceptatie:
      1. de mate waarin het gebruik al is ingeburgerd.
      2. hoe invasief de technologie is. Zo zijn respondenten positiever over supplementen voor het verbeteren van de cognitie dan een hersenimplantaat met hetzelfde effect.
      3. de bekendheid met een verbetermiddel. Als ze zelf of in hun directe omgeving ervaring hebben met een middel dan staan ze er meestal positiever tegenover.
      4. de informatie over (bij)werkingen en risico’s. Hoe veiliger een middel lijkt te zijn, hoe positiever respondenten tegenover het gebruik staan.
      5. het maatschappelijke gewicht van de reden waarom het gebruikt wordt. Een voorbeeld hiervan is dat respondenten positiever oordelen over een chirurg die door het slikken van pillen nauwkeuriger kan opereren, dan een soldaat die nauwkeuriger kan schieten door dezelfde pillen.

      – Hoe denkt u dat de inertheid van een organisatie van invloed is op de implementatie van bionische implantaten?
      Ik denk dat het niet van invloed is. Momenteel overwegen mensen pas een implantaat bij een medische noodzaak. Wellicht verandert dat in de toekomst wel. En i.r.t. jullie opdrachtgever verwacht ik dat militaire organisaties hierin het voortouw gaan nemen. DARPA, het innovatie-onderdeel van het Amerikaanse leger doet hier veel onderzoek naar en subsidieert groepen. Zie bijvoorbeeld deze publicatie. Europese landen, zoals Frankrijk, willen zich juist richten op technologieën die niet invasief zijn (artikel).

      Succes met jullie onderzoek!

      Peter

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.